In Fryslân wordt door veel boeren aan weidevogelbeheer gedaan. Deze agrariërs zijn aangesloten bij de verschillende agrarische collectieven in de provincie. De boeren bieden weidevogels, zoals de grutto, kievit, tureluur en scholekster, op hun percelen rust, ruimte en voedsel.
Er zijn verschillende maatregelen om zo goed mogelijke omstandigheden voor de weidevogels te creëren. Sommige boeren zetten bijvoorbeeld een deel van hun land onder water, het zogenaamde plasdras. Dit zorgt voor meer voedsel (insecten, wormen) voor kuikens. Op andere percelen geldt in het broedseizoen een rustperiode waarin niet wordt gemaaid. Ook zijn er agrariërs die kruidenrijke of bloemrijke randen langs hun percelen hebben. Deze randen trekken insecten aan: voedsel voor de vogels. In plaats van drijfmest gebruikt een aantal boeren ruige (stro)mest. Dit is aantrekkelijk voor insecten en wormen in de bodem. Ook zij vormen weer voedsel voor de weidevogels en hun jongen.
De boeren doen er alles aan om de kwetsbare kuikens groot te laten worden, oftewel vliegvlug. Helaas vallen kuikens vaak ten prooi aan predatoren. Ook katten jagen instinctief op kuikens. Kattenbezitters kunnen hier iets aan doen. Kuikens in het land, dan in het voorjaar ’s nachts de poes in de mand!